grijpgraag

Dutch

Etymology

Compound of grijpen + graag.

Pronunciation

  • IPA(key): /ˈɣrɛi̯p.xraːx/
  • (file)
  • Hyphenation: grijp‧graag

Adjective

grijpgraag (comparative grijpgrager, superlative grijpgraagst)

  1. grabby

Inflection

Inflection of grijpgraag
uninflected grijpgraag
inflected grijpgrage
comparative grijpgrager
positive comparative superlative
predicative/adverbial grijpgraaggrijpgragerhet grijpgraagst
het grijpgraagste
indefinite m./f. sing. grijpgragegrijpgrageregrijpgraagste
n. sing. grijpgraaggrijpgragergrijpgraagste
plural grijpgragegrijpgrageregrijpgraagste
definite grijpgragegrijpgrageregrijpgraagste
partitive grijpgraagsgrijpgragers
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.