voordragend

Dutch

Pronunciation

  • (file)

Participle

voordragend

  1. present participle of voordragen

Declension

Inflection of voordragend
uninflected voordragend
inflected voordragende
positive
predicative/adverbial voordragend
voordragende
indefinite m./f. sing. voordragende
n. sing. voordragend
plural voordragende
definite voordragende
partitive voordragends
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.